Fleet Foxes – Crack-Up

Fleet

Waardering

7

8

8

Als de muziekwereld na twee goede albums aan je voeten ligt, dan willen de meeste artiesten lekker doorknallen. Bij Fleet Foxes ging dat net even anders. Frontman Robin Peckford trok zich begin 2013 drie maanden terug in Port Townsend. een dorpje in het noordwesten van de Verenigde Staten. Hij ging alleen wonen, stortte zich op een houtbewerkingscursus en liep vaak hard. Die rust had hij hard nodig, want toen de groep zich even later weer verzamelde, was een van zijn eerste zinnen. “Als we dit doen, moeten we zorgen dat het niet maakt dat we onszelf willen vermoorden.” De veranderde groepsdynamiek leidde tot Crack-Up.

Met die quote van Peckford in het achterhoofd, komt openingstrack I Am All That I Need/Arroyo Seco/Thumbprint Scar wel heel zwaar binnen. Het eerste deel van de drietrapsraket is ongekend zwaar voor de indiefolkband. Qua geluid, maar zeker ook qua insteek waaruit blijkt dat de zanger vrede heeft met een bestaan als kluizenaar. Een status die Peckford zichzelf tot op bepaalde hoogte eigen maakte vier jaar geleden.

Gelukkig wordt het al snel een lichtere onderneming en keren de typerende klanken van Fleet Foxes terug. Duidelijk zijn ook de invloeden van tal van legendarische artiesten uit de vorige eeuw, waarvan Simon & Garfunkel het meest doorklinken. Maar ook Crosby, Stills, Nash & Young zijn ontegenzeggelijk aanwezig. Verder hebben de heren iets meer dan voorheen met psychedelische en zelfs wat proginvloeden geëxperimenteerd.

Dat maakt Crack-Up het minst toegankelijke album van Fleet Foxes tot dusver. Het bevat meer melancholiek en is daardoor net even wat alternatiever. Toch kan je niet zeggen dat het sextet heel veel dingen anders doet dan op Fleet Foxes en Helplessness Blue. Het is de finetuning die zowel wat arrangement, als zang, als tekst betreft net even is aangedraaid.

Wat dat alles betreft, zijn er parallellen te trekken met Josh Tillman. De multi-instrumentalist verliet de band om verder te gaan als Father John Misty. Een maand geleden bracht hij Pure Comedy uit en net als Fleet Foxes op Crack-Up drijft hij in zijn werk langzaam weg van het meer gangbare stramien. Wel is de productie van Tillman een stuk toegankelijker dan de nieuwe Fleet Foxes.

Dat is echter niet per se een minpunt. Want wat Fleet Foxes ook heeft gedaan in een poging elkaar niet te vermoorden, Crack-Up is een prima album. Eentje die bij veel luisteraars wat tijd nodig zal hebben om goed te aarden, maar die deze investering zich wel zal laten uitbetalen.