Kings of Leon – WALLS

WALLS

Waardering

8

8

8

7

Tot in den treure uitgemolken hits, een liveshow die plichtmatig en arrogant overkwam, een paar magere albums en een overkill aan optredens op de festivals. Nee, Kings of Leon kende in het huidige decennium niet zijn beste jaren. De band diende zichzelf opnieuw uit te vinden of in ieder geval de sleur te doorbreken. Dat laatste is de Amerikanen zeker gelukt op hun nieuwe plaat WALLS.

Kings of Leon besloot te breken met Ethan Jones en Angelo Petraglia, die samen de productie van bijna al hun albums voor hun rekening hadden genomen. Veel combinaties hebben een houdbaarheidsdatum en deze leek al even overschreden. Er werd gekozen voor de ‘kampioenenmaker’ Markus Dravs. De producer leverde in het verleden vakwerk af met onder andere Mumford & Sons (Babel en Sigh No More), Coldplay (Viva la Vida or Death and All His Friends en Mylo Xyloto), Arcade Fire (The Suburbs, Neon Bible en Reflektor) en Florence + the Machine (How Big, How Blue, How Beautiful). Een meer dan verdienstelijk cv.  

Om nu te zeggen dat WALLS zich direct kan meten met dat rijtje, dat gaat wat ver. Maar ontegenzeggelijk is de energie weer terug in de groep. Dat begint al direct op Waste A Moment. De single is een prima temperamentvolle rocktrack, die past bij het beste werk dat we kennen van het kwartet. Op de vier tracks die volgen wordt die lijn feilloos doorgetrokken, al blijft de openingssong van het album wel de lekkerste. Zij het met een nipte voorsprong.  

Daarna krijgt WALLS – dat overigens staat voor We Are Like Love Songs – echter te maken met een rare kronkel. Dat er tussen alle energie een ballad zit, hoeft allerminst een probleem te zijn. Muchacho is alleen niet bepaald een normale ballad. Het is meer een Mexicaanse – de titel verraadde het al – treursong, waar je het paard over de prairie voelt lopen en een gitaar meetokkelt. Hierin wordt het verlies van een oude vriend ‘muchacho’ bezongen. Het is niet slecht, maar het past gewoonweg totaal niet te midden van wat WALLS verder te bieden heeft. De daarop volgende ballad Conversation Piece komt een stuk beter uit de verf, mede doordat de falsetstem van zanger Caleb Followill soms opduikt.

Nadien pakt Kings of Leon de energieke draad weer op, al werkt dat op Eyes On You wat beter, dan op Wild. Vervolgens besluit de band om af te sluiten met een ballad. En wat voor een. Titeltrack WALLS zit schitterend in elkaar. Het nummer wordt grotendeels begeleid door enkel een akoestische gitaar en een piano, en laat horen dat eenvoud fabelachtig mooi kan zijn.

Voor wie eigenlijk net klaar was met Kings of Leon kan WALLS een welkome verfrissing zijn. Hernieuwde energie en een nieuwe producer maken het album weer prettig om naar te luisteren, zelfs ondanks die ene rare uitschieter in het middenrif.