Black Mountain – Destroyer

Waardering

5

6

Is er leven na de dood? Black Mountain zag de afgelopen jaren zowel drummer Joshua Wells als zangeres Amber Webber afzwaaien, twee fundamentele krachten achter het kenmerkende geluid van de Canadese psychrockband. Met twee nieuwe bandleden en het album Destroyer waagt Black Mountain zich aan een nieuwe start.

Destroyer is de opvolger van IV (2016) en dat album geeft meteen de belangrijkste uitdaging voor de nieuwe plaat weer. Met Mothers Of The Sun kende IV een werkelijk magnifieke opening, maar daarna nam de verveling per minuut toe. Een bekend probleem voor de band. Misschien is de frisse wind daarom wel goed. In Rachel Fannan (Sleepy Sun) en Adam Bulgasem (Dommengang, Soft Kill) heeft de band rond frontman Stephen McBean ervaren vervangers voor Webber en Wells gevonden. Bovendien bevat Destroyer slechts acht tracks. De band lijkt te hebben geleerd van de vorige plaat en nu een poging tot ‘kwaliteit boven kwantiteit’ te doen.

De personele wijzigingen hebben aanvankelijk weinig invloed op de sound van Black Mountain. Opener en leadsingle Future Shade mixt direct alles door elkaar wat Black Mountain zo’n fijne band maakt. Gruizige riffs, knalharde drumpartijen en de bijzondere combinatie van de mannen- en vrouwenstem. Rachel Fannan kan zich makkelijk meten met haar voorgangster en vormt een uitgekiende aanvulling op de stem van McBean.

Op Horns Arising ligt het tempo aanzienlijk lager en de sterk vervormde zang is nauwelijks van toegevoegde waarde. Na een kleine vier minuten verdwijnt de energie helemaal en start een akoestisch intermezzo. Zo’n rustmoment kan best lekker werken op een album, maar Destroyer is voor het gevoel nog maar net onderweg. Alsof je vol goede moed de auto start, maar drie straten verder alweer vastzit achter een vuilniswagen. En alsof dat nog niet frustrerend genoeg is, komt daar ook nog eens het vage Closer To The Edge achteraan. Merkwaardige spacerock waarvan de rol op het album even onduidelijk als overbodig is.

Black Mountain blijft flink aanmodderen en het is even doorbijten tot je bij Boogie Lover bent aangekomen. Eindelijk levert de band weer wat je hebt besteld. De track verdient vooral aandacht vanwege de zeer zorgvuldige opbouw. Alleen die riff komt de doorgewinterde Black Mountain-fan wel héél bekend voor. Een totale kloon van de riff van Rollercoaster, te vinden op het album Wilderness Heart (2010). Nu zal zelfplagiaat de band geen geldverslindende rechtszaak opleveren, maar opmerkelijk is het wel en bovenal verre van origineel.

Godzijdank levert Black Mountain met Licensed To Drive vlak voor de finish nog een portie vakwerk af. Hoog tempo, fijne synthesizers en een outro dat nog wel een paar minuten door had mogen gaan. Een doekje voor het bloeden. De overduidelijke knipoog naar David Bowie in slotnummer FD 72 – zowel muzikaal als door de tekstuele verwijzing naar The Man Who Fell To Earth – kan uiteindelijk ook nog wel wat sympathie opwekken.

Zet je de beste nummers uit de Black Mountain-catalogus achter elkaar, dan heb je een psychrockplaat om van te watertanden. Toch lijkt het de Canadezen maar niet te lukken een volledig album met hoge kwaliteit te injecteren. Ook Destroyer kan niet van begin tot eind overtuigen. De band bouwt aan een futuristisch huis, maar zonder eerst op de fundering te focussen. En dat fundament was al zo wankel door de vertrokken bandleden. Black Mountain leeft voort, maar moet nog flink aansterken om weer optimaal te functioneren.