Greta Van Fleet – Starcatcher

Starcatcher

Waardering

4

5

5

5

4

“Er wordt nooit meer fatsoenlijke rock zoals vroeger gemaakt!” Een kreet die menig tiener naar z’n kop kreeg geslingerd door een norse ouder toen hij de nieuwste muziek van dat moment draaide. Speciaal voor die ouder lijkt Greta Van Fleet te zijn opgericht. En dat heeft de groep bepaald geen windeieren gelegd. De band kan bijvoorbeeld met gemak genoeg tickets verkopen om in de Ziggo Dome te mogen staan. De band zal daar staan ter promotie van hun nieuwste plaat Starcatcher. Tegelijkertijd wacht hen een heuse schare internettend publiek op, als een soort pestkop bij het hek van het schoolplein. Zo zou hun geluid compleet zijn gekopieerd van een zekere Led Zeppelin.

En heel gek dat dit wordt gezegd is dat ook niet. Wie alleen de eerste paar tellen van Sacred The Thread hoort, zou denken dat iemand de bekende drumsound van John Bonham uit When The Levee Breaks probeert na te spelen, compleet met grote basdrum en echo’s. Led Zeppelin is echter zwaarder en unieker doordat het gebruik maakt van aparte ritmes, Oriëntaalse melodieën en krachtiger is in zijn uitvoering. Vergeet echter niet dat deze band ook het nodige jatwerk heeft uitgevoerd (zie Dazed And Confused en Whole Lotta Love).

Maar wie iets verder luistert hoort ook de nodige goede melodieën om de hoek komen. The Indigo Streak biedt wél die afwisselende en interessantere ritmes die voorheen ontbraken op het werk van Greta Van Fleet. Daarnaast is er ruimte voor een leuk gitaarstuk waar Jake Kiszka een strak staaltje gesoleer laat horen. Het eerder genoemde Sacred The Thread kent een originele en sterke melodie.

Bij het maken van het album lijkt er veel aandacht te zijn uitgegaan naar de zang van Josh Kiszka. Waar hij eerder vooral vergeleken werd met Robert Plant, lijkt het hier en daar alsof hij ook de stemmen van Geddy Lee en Jon Anderson heeft bestudeerd. De vocalen tijdens de coupletten van The Indigo Streak lijken bijvoorbeeld op de samenzang die begin jaren ’70 vooral bij Yes te horen was.

Al met al klinkt de plaat wel net wat té bekend in de oren. Zo rijst de vraag al snel of de band op Starcatcher wel iets toevoegt aan hun eerdere werk. Alle vergelijkingen met andere artiesten ten spijt klinkt het allemaal toch wel als ‘gewoon nog eentje’ van Greta Van Fleet. The Falling Sky bood als voorproefje nog een lekker rockende track, maar het lijkt hier en daar alsof de inspiratie een beetje opraakt gaandeweg het album. Frozen Light is een weinig spannende rocker. Runway Blues knalt er flink in, maar is met zijn ruim een minuut durende speelduur na twee keer knipperen alweer voorbij. Dynamiek is er wel in menig nummer, maar echt vuurwerk blijft helaas uit.

Het grootste probleem van het album doet zich echter aan op een heel ander front. Met een oplettend oor luisteren naar de teksten is iedereen af te raden. Tenenkrommend krijgt een nieuwe definitie bij het luisteren naar de teksten. In combinatie met de overdreven groots opgezette muziek op Meeting The Master spant deze song de kroon qua pretentie. Er wordt simpelweg een checklist afgegaan: is het zweverig? Kan een trippende hippie het zeggen? Klinkt het diep? Als het antwoord op al deze vragen een volmondig ‘ja’ is, mag de tekst ingezongen worden door Josh Kiszka.

Een aardig tussendoortje, maar zonder weinig échte eigenheid geeft de plaat geen voldoening. De groep heeft echter heel goed door wat het publiek verwacht en wil horen. Geef de fans vooral wat ze willen: jaren ’70 bombast gespeeld op gitaren en drums. En geef de groep eens ongelijk dat ze voor deze aanpak kiezen.

Enthousiaste recensenten en spotters gezocht voor Nieuweplaat