Greta van Fleet – The Battle at Garden’s Gate

Waardering

8

Zelden zijn de meningen over een rockband zo verdeeld als bij Greta Van Fleet, de vier jonge mannen uit Michigan. Waar de een ze grandioos vindt, schuift de ander ze terzijde als kloon van Led Zeppelin of Rush. De drie gebroeders Kiszka en Danny Wagner trekken zich gelukkig weinig aan van de kritiek en maken met hun tweede album The Battle At Garden’s Gate een verdere stap in hun ontwikkeling.

Het startschot van de plaat wordt gegeven door Sam Kiszka die het intro van Heat Above op zijn Wurlitzer orgel speelt. Het openingsnummer laat horen dat de band niet alleen maar theatrale, bombastische nummers kan maken, want Heat Above klinkt opvallend vrolijk en opgewekt. Natuurlijk zijn de overeenkomsten tussen de stem van Josh Kiszka en die van Robert Plant en Geddy Lee duidelijk en zijn nog steeds elementen van Led Zeppelin en Rush hoorbaar. Toch is Greta Van Fleet langzaamaan op de goede weg om een eigen stijl te ontwikkelen. En wat nog veel belangrijker is: Heat Above is gewoon een geweldig nummer om mee te beginnen.

My Way, Soon, dat vorig jaar als eerste single van het album uitkwam, is een compacte, degelijke song die rockfans van verschillende generaties zal bekoren. Het is bekend dat de Amerikanen vooral populair zijn onder rockers van boven de vijftig vanwege hun classic rock-invloeden, maar de sound van My Way, Soon zal ook jonge fans aanspreken. Met Broken Bells volgt een van de hoogtepunten van het album. Het nummer is een ballad zoals ze nog maar zelden worden gemaakt met een ouderwetse gitaarsolo à la Jimmy Page als heerlijk toetje. Met Broken Bells hebben de heren van Greta Van Fleet hun eigen Stairway To Heaven al geschreven en daar hoeven ze zich absoluut niet voor te schamen. En over fraaie ballads gesproken: met Tears Of Rain staat er nog een ingetogen tranentrekker op The Battle At Garden’s Gate.

In het epische Age Of Machine komt de bombast die Greta Van Fleet kan produceren naar boven. Deze uitgesponnen rocker, waarin alle bandleden hun talenten kwijt kunnen, verveelt geen seconde door slimme overgangen en magnifieke solo’s. Ook met het lange sluitstuk The Weight Of Dreams bewijzen de Amerikanen wat ze in hun mars hebben en veel meer zijn dan een kloon van Led Zeppelin. Dat hun muzikale roots in de jaren zeventig liggen wordt wel nogmaals bevestigd door de gitaarsolo van Jake Kiszka. Ook Wagner levert een belangrijke bijdrage aan de climax door als een beest tekeer te gaan op zijn drums.

De tracks op The Battle At Garden’s Gate maken voldoende duidelijk dat Greta Van Fleet bestaat uit supertalenten. Het album heeft continu een hoog niveau, al blijft een uur luisteren naar de stem van Josh Kiszka best wel een intense opgave. Sta je daar voor open, dan heb je met The Battle At Garden’s Gate een sublieme rockplaat in handen.