Mat Kearney – Mat Kearney

Mat Kearney - Mat Kearney

Waardering

6

De naam Mat Kearney zal bij slechts een enkeling een belletje doen rinkelen. In Nederland, of eigenlijk op het hele Europese vasteland, zullen zijn songs Breathe In Breathe Out en All I Need bij een aantal oplettende luisteraars (en kijkers) bekend in het gehoor klinken zonder daar meteen de naam Mat Kearney aan te koppelen. Deze liedjes zijn namelijk meerdere keren te horen geweest in de medische dramaserie Grey’s Anatomy. Eigenlijk is dat een jammerlijk gegeven, want Kearney is een prima singer-songwriter die sfeervolle, melodieuze en toegankelijke liedjes blijkt te maken getuige zijn – inmiddels achtste – eponieme studioalbum Mat Kearney.

De eerste klanken van Headlights Home, waarmee de plaat opent, klinken als een aangename mix van John Mayer en Young Gun Silver Fox; dromerige yacht rock waar je het mariene briesje er alleen nog maar zelf hoeft bij hoeft te denken. Kearney bevestigt dat we hiermee op de juiste koers geraakt zijn in het daaropvolgende Palisades: ‘I dreamed about Pacific nights and the way the wind would move your hair’. Licht, leuk en het lekkerst als de volumeknop net iets hoger gedraaid wordt.

Maar Kearney heeft meerdere aantrekkelijke vaatjes om uit te tappen. Zo toont hij zich in het lied Real One een ware vertolker van het ‘half-spoken, half-sung’-genre zoals we dat kennen van Sam Hunts hit Take Your Time uit 2014. Vervolgens blijkt Kearney ook nog eens – wanneer de muziek een iets serieuzer karakter krijgt in Good Thing Going On – qua stemgeluid sterke overeenkomst te hebben met Chris Martin (Coldplay). Als klap op de vuurpijl krijg je als luisteraar ook nog een dosis Jack Johnson cadeau in de track My Two Hands.

En daar ligt meteen het probleem van Kearney op tafel: hij klinkt als vele anderen die hem voorgingen, waardoor het – hoe aangenaam zijn muziek ook klinkt – nooit onderscheidend genoeg is om op te vallen. Sterker nog, als je niet al te aandachtig luistert dan denk je te maken te hebben met een verzamelalbum van voornoemde artiesten.

Het tweede, iets meer verborgen probleem van Kearney zijn z’n onvoorstelbaar kneuterig brave songteksten. De naïeve onschuld druipt er vanaf als een druppeltje melk aan de kin van een pasgeboren lammetje. Het liedje Dandalion (paardenbloem) is typerend: ‘You’re my dandelion/Born to fly over horizons/Carry me away in the summer wind.’ Allemaal goed bedoeld waarschijnlijk en allemaal prima gezongen, gespeeld en geproduceerd, maar zelfs in Volendam zijn de palingen niet zo glad als deze twaalf liedjes op Mat Kearney.

Zo kabbelt Mat Kearney nog een paar liedjes allervriendelijkst door en laat de plaat in het afsluitende Daydream horen dat de Amerikaan wel degelijk over de kwaliteiten beschikt om een beeldend lied te schrijven dat de luisteraar meeneemt naar zijn wereld. De verwijzing naar de band Journey is daarbij  bijzonder origineel en goed gevonden. De van Paul Simon vakkundig gekopieerde song- en akkoordenstructuur nemen we dan maar op de koop toe.

Na twaalf tracks en zo’n veertig minuten later is de slotsom dat Mat Kearney als album drie dingen is: licht verteerbaar zomers, weinig persoonlijk edoch smaakvol, aantrekkelijk onschuldig. Ideaal bij een barbecue-avond met vrienden en/of familie, want met deze achtertuinpop van Mat Kearney is een geslaagde avond zo goed als gegarandeerd.