The Flaming Lips & Fwends – With A Little Help From My Fwends

Begin jaren zestig kwam een bandje uit Liverpool op dat veel teweeg heeft gebracht in de muziekwereld. We kennen ze onder de naam The Beatles. Ooit van gehoord? The Flaming Lips heeft met verschillende gastartiesten een aantal van de grootste Beatle-hits onder handen genomen. With A Little Help From My Fwends dus.

Op het eerste gehoor is het takkeherrie. De plaat opent met Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club (ft. My Morning Jacket, Fever The Ghost and J. Mascis). Het origineel was al vrij experimenteel en deze versie ook, maar dan overdreven. De spacegeluiden en met zware overdrive beladen drums en gitaren raggen het luisterorgaan binnen. Zeker als de gitaar na twee minuten een solo begint, is het voor te stellen dat de luisteraar geen begrip meer op kan of wil brengen voor de keuzes die deze muzikanten hebben gemaakt.

With A Little Help From My Friends (ft. Black Opus and Autumn Defence) volgt het openingsnummer op. De zang start met een zacht klinkende, ge-autotunede stem en wordt dan schrikbarend ruig opgevolgd door een schreeuwerige stem die eerst in je linker- en vervolgens in je rechteroor opduikt. De drums spelen een soort continue en opgefokte hiphop drumsolo. Het akkoordenschema, de tekst, de koortjes en de basgitaar sound doen denken aan The Beatles. Verder heeft deze bewerking weinig te maken met wat The Fab Four in 1967 hebben uitgebracht.

Nummer drie, Lucy In The Sky (ft. Miley Cirus and Moby), is vanaf het begin beter te herkennen als een Beatles-song. Totdat het refrein openbreekt in een soort donderbui die wederom een hoop vraagtekens oproept. Jammer. Het is heel hard, ruig en bovenal niet mooi. Tijdens Getting Better (ft. Dr. Dog, Morgan Delt and Chuck Inglish), Fixing A Hole (ft. Electric Wurms) en She’s Leaving Home (ft. Phantogram, Julianna Barwick and SPACEFACE) krijgt de luisteraar even de tijd om adem te halen en zich af te vragen waar al het geluidsgeweld dat hem is aangedaan door de voorgaande drie nummers voor nodig was.

Contrast heeft een belangrijke functie op dit album. Door het leeuwendeel van de songs belachelijk op te pompen komen de kleinere liedjes er mooier uit. Op die manier komt het leeuwendeel niet tot z’n recht. Zou het niet beter zijn als de hele plaat prettig klinkt in plaats van een aantal liedjes, ten koste van anderen?

Over het algemeen worden de nummers gekenmerkt door ruis, spacegeluiden, bewerkte stemmen, diepe bassen en extreem opgepompte drums en gitaren. Het is duidelijk dat de productietechnieken die George Martin en The Beatles destijds toepasten worden geëerd met deze plaat. Maar dit album is een té progressieve poging tot het bewerken van pareltjes van liedjes. Welk doel de jongens van The Flaming Lips voor ogen hadden is onduidelijk, maar dat dit niet had niet gehoeven is wel duidelijk.

Label: Warner Bros. Records