Young The Giant – Mirror Master

Mirror Master

Waardering

3

4

Een jaar of vijftien geleden schoten de alternatieve rockbands als paddenstoelen uit de grond. Editors, Arctic Monkeys, White Lies, Kaiser Chiefs, The Killers en nog een hele rits. Allemaal hadden ze een aantal heerlijke tracks en sommige zijn tegenwoordig dé grote spelers in het muzieklandschap. Sommige dwaalden echter enorm af van het ooit ingeslagen pad, waarbij af en toe een bedenkelijk niveau werd gehaald. Zo erbarmelijk als bij Young The Giant op Mirror Master werd het echter nooit.

Young The Giant brak weliswaar iets later dan de meeste in de lead genoemde bands door, maar had niet minder heerlijke festivalhits met My Body, Apartment en Cough Syrup. Met dat in gedachten draait je maag om als je naar Mirror Master luistert. De intro’s en eerste coupletten zijn vaak nog wel interessant, maar bij het refrein verandert dat standpunt steeds. Zeker tijdens de eerste liedjes klinkt alles zouteloos, hetzelfde en ongeïnspireerd. Al het avontuurlijke is compleet weggeproduceerd tot een gezapig geluid. Er is geen enkele edge waarmee de band je probeert te triggeren en zanger Sameer Gadhia klinkt zo glad alsof hij in je keel probeert te glijden. Het is moeilijk om te kiezen welke track het meest glibberig is, maar de strijd zal sowieso gaan tussen Call Me Back en Darkest Shade Of Blue.

Is het twaalf nummers lang alleen maar bagger wat Young The Giant ten gehoor brengt? Nee, dat gelukkig niet. Er zitten een paar interessantere nummers tussen, al blijft dat relatief. Oblivion is aardig, maar zou eigenlijk de opvultrack van het album moeten zijn om aan Mirror Master een goed gevoel over te houden. Brother’s Keeper geeft je de hoop dat er een ommekeer aan zit te komen, maar nadat Glory nog aardig begint, verdwijnt die hoop als sneeuw voor de zon.

Naarmate het album op zijn einde loopt, lijkt Young The Giant maar wat te proberen qua stijl in de hoop dat er nog wat leuks voor je tussenzit. Van een hele funky swingende beat bij Tightrope, die midden op deze plaat gewoonweg niet meer geloofwaardig overkomt, tot meer van het inmiddels overbekende aalgladde gewauwel in de microfoon.

Dat alles maakt het nog verwarrender als de slot- en tevens titeltrack van Mirror Master ineens volledig teruggrijpt naar de oude stijl van groep. Ze presteren niet direct op de toppen van hun kunnen, maar je hoort in ieder geval weer die groep schoolvrienden terug die lekkere muziek maakt. Het is een lichtpuntje aan het einde van een vooral verontrustend slecht album.

Op Mirror Master blijkt Young the Giant er vooral een meester in te zijn om zichzelf volledig te ontmantelen. Spanning is er niet. Creativiteit is er amper. Samenhang is er niet, behalve dat meer dan de helft van de tracks ver onder het niveau zijn van wat je mag verwachten van een groep die grote zalen en weides heeft platgespeeld. Als dat de verbindende factor is, dan heb je als band een groot probleem.