Advertisement

Net als in de film

Muziekdocumentaires; ik heb er een haat-liefdeverhouding mee. Als muziek je bovengemiddelde interesse heeft, en daar schaar ik mezelf onder, is er een overdaad aan documentaires om te kijken. Moet kijken, voor je gevoel. De geschiedenis van de blues hier, een docu over het leven van Johnny Cash daar. Meestal eindigt het ermee dat ik weliswaar op opnemen druk, maar dat er vervolgens maanden overheen gaan voordat ik ze een keertje bekijk. Het punt is namelijk: ze dúren altijd zo lang. In de gemiddelde documentaire past over het algemeen een hele film, op de Titanic en Lord of the Rings na dan. Hoewel: ik zag eens een documentaire over The Eagles en die duurde dus anderhalf uur. En dat was dan nog maar deel 1. Hadden die gasten soms een ring gevonden die ze na een barre tocht vol ontberingen in de vuurpoel van één of andere berg moesten werpen ofzo? Nee, dat ging dan over wie er precies ruzie kreeg met wie – spoiler: iedereen met iedereen.

Nou zijn ruzies altijd wel lekkere verhaallijnen voor een muziekdocu. Kritiekloze documentaires die slechts ter eer en meerdere glorie van de artiest in kwestie dienen heb je ook, maar gelukkig steeds minder. De omslag kwam voor mijn gevoel bij de film over het leven van André Hazes; Zij gelooft in mij. Daarin filmde John Appel tien maanden lang alles voor en achter de schermen. En vooral achter de schermen loopt het niet zo lekker. André met een bakkie teveel op, André die tijdens een concert hulp krijgt van tekstborden om zijn eigen zinnen te kunnen onthouden, André die ruzie krijgt met Rachel, André die uiteindelijk verlaten en alleen op een hotelkamer zit, omgeven door blikjes bier. Al is het eind dan wel weer volgens de regels van Hollywood: terwijl André in een uitverkocht Ahoy’ het nummer inzet die ook de titel gaf aan de film, staat Rachel inderdaad voor hem terwijl hij zingt ‘nu sta ik voor je.’ Ze gelooft nog steeds in hem. Eind goed, al goed.

Minder goed loopt het af in de docu Amy, over het leven van Amy Winehouse, al weet je dat van tevoren. Of wat te denken van de film One more time with feeling, over het maakproces van het laatste album van Nick Cave, Skeleton tree. Tijdens de opnames van het album én de film slaat het noodlot toe; de zoon van Cave valt van een klif vlakbij hun huis en sterft. Een verschrikkelijke gebeurtenis, die impact heeft op de vader, de artiest en de film. Ook om te janken, maar dan om een heel andere reden, is de documentaire over UB40 – een band die voor een groot gedeelte bestaat uit familie. Die krijgen ook al ruzie met elkaar, en via de camera maken de broers elkaar uit voor alles wat mooi en lelijk is. Een familievete waar Bert van Leeuwen jeuk van in zijn handen zou krijgen.

Een documentaire waar de laatste tijd veel over gezegd en geschreven werd is Five foot two, waarin Lady Gaga gevolgd wordt in aanloop van de release van haar nieuwste plaat en de half-time-show die ze zal verzorgen tijdens de Superbowl. Van tevoren wordt beloofd dat je een ‘extreem kwetsbare Gaga’ te zien krijgt – ontdaan van alle vleesjurken en andere poespas dus. Dat klopt; Gaga geeft zich op zeker moment zelfs letterlijk bloot, maar als het Superbowl optreden op punt van beginnen staat en ze tegen de dansers roept dat als ze pijn hebben of moe zijn, ze pech hebben gehad – daar moeten ze zich maar even overheen zetten – geeft ze zelf de perfecte samenvatting van de film. Je ziet dat Gaga, of Stefani zoals ze echt heet, lijdt onder het artiestenbestaan, zowel lichamelijk als mentaal pijn heeft, maar van het hoe, wat en waarom krijg je maar een minimaal inkijkje; het wordt snel weggewerkt met een laagje make-up. In één geval zelfs letterlijk: tijdens een doktersbezoek ligt ze kermend van de pijn op de bank, terwijl ze ondertussen door een visagiste wordt dichtgesmeerd, want de volgende fotoshoot staat alweer te wachten. En zie je vervolgens het prachtige uitzicht vanuit haar appartement op Central Park, of haar enorme villa in Californië met een Rolls voor de deur, dan roept dat al snel het beeld op dat ze eigenlijk niks te klagen heeft. Dat lijkt Gaga zelf ook te denken, en na een uur en 40 minuten blijkt waarom: de film werd geproduceerd door Lady Gaga zelf.

Ik denk dus dat ik de documentaire over George Michael maar oversla. Over de doden niks dan goeds natuurlijk, maar als ik in de krant lees dat George Michael zelf aan de documentaire over George Michael werkte weet ik wel genoeg. ‘George Michael: Freedom is een mooie film waarin de zanger vooral wil aantonen dat hij een groter kunstenaar was dan het popidool waarvoor hij altijd is gehouden.’ Maar oordeel vooral zelf: donderdagavond is de film te bekijken op Canvas. Ik zal ongetwijfeld wel weer op record drukken. En dan eerst maar eens die film over Johnny Cash afkijken.