Bright Eyes – Down In The Weeds, Where The World Once Was

Down In The Weeds

Waardering

8

9

Ja, het is waar. Je luistert echt naar het nieuwe album van Bright Eyes. Toch zal je tijdens Pageturner’s Rag een paar keer verbaasd naar je boxen staren. Klopt dit wel? Want de openingstrack van Down In The Weeds, Where The World Once Was gaat tegen elke verwachting in. 

Pageturner’s Rag begint met een speech van een vrouw in het Spaans met vleugjes Engels. Nou is een album openen met een speech niet helemaal uniek, maar als de muziek start ben je gevoelsmatig nog steeds ver weg van Bright Eyes. De muziek ademt de sfeer van een café halverwege de vorige eeuw, inclusief geroezemoes op de achtergrond. Dat verstomt vervolgens weer allemaal voor een gesprek. Het is verwarrend. Intrigerend en saai tegelijkertijd. Vooral symbolisch is het een track van waarde. De hang naar vroeger, de hang naar eenvoudigere tijden vanwege de het naderende onheil.  Die nostalgie en het gevoel van veilige warmte zijn de belangrijkste redenen dat Conor Oberst terugkeerde naar Bright Eyes. 

Na vier minuten opent Down In The Weeds, Where The World Once Was dan echt met Dance and Sing. Ook hier wordt de thematiek van verdwijnen in het eenvoudige doorgetrokken. ‘All I can do is just dance on through and sing.’ Het is direct een van de beste en meest herkenbare composities van de plaat. Sterke lyrics, sterke vocals en de licht dramatische strijkers en drums geven het nummer een ontzettende power mee.

Dat doen Oberst, Mike Mogis en Nate Walcott overigens lang niet altijd met zijn drieën. Zo krijgen ze op een aantal tracks hulp van Red Hot Chili Peppers-bassist Flea en Queens Of The Stone Age-drummer Jon Theodore. Bijvoorbeeld op One And Done, dat zich dankzij de inbreng van violen, cello’s en blazers van rustige ballad ontwikkelt tot een soort mini-rockopera. Persona Non Grata herbergt het meest interessante blaasinstrument , daarop komt namelijk de doedelzak voorbij. 

Ook als de instrumenten minder verrassend zijn, zijn de composities smullen geblazen. Wat Bright Eyes vooral goed doet, is nummers klein beginnen en dan langzaam uitbreiden. Pan and Broom en Stairwell Song zijn hier al perfecte voorbeelden van, maar To Death’s Heart (In Three Parts) steelt de show. Het In Three Parts lijkt ook te slaan op de manier zoals je het nummer kan indelen. Vooral de overgangspassage is een lust voor het oor, waarna Bright Eyes nog eens extra uitbundig uitpakt in de finale. Dat wil niet zeggen dat het erg is als de band het klein houdt. Zo is Hot Car In The Sun een prachtige wegdoezeltrack, die gedragen wordt door de stem van Oberst en de piano. 

Negen jaar wachten op een nieuw album is absurd lang, maar als de beloning zo zoet is dan is dat snel vergeven. Down In The Weeds, Where The World Once Was nodigt Oberst er hopelijk toe uit om bij Bright Eyes te blijven. Bij iets dat warm en veilig voelt. Dit album is in ieder geval een fijne houvast in deze onzekere tijden.