The Maccabees – Marks To Prove It

Met de single Pelican brak The Maccabees drie jaar geleden eindelijk door in Nederland. Zonde alleen dat de indierockband vervolgens het warmgemaakte publiek 3,5 jaar liet wachten op de opvolger van Given To The Wild. Maar het moet gezegd: het resultaat dat het sextet aan de man brengt mag er wezen. Met Marks To Prove It bewijzen The Maccabees dat de rek er nog lang niet uit is.

Op het vierde studioalbum van de groep komt het stemgeluid van frontman Orlando Weeks beter dan ooit naar voren. De zanger leek op de voorgaande platen altijd te zingen alsof hij met zijn gedachten stiekem ergens anders is, maar nu legt hij meer power in zijn nummers en zingt hij met meer durf. Althans, bij vlagen. Kamakura is een track waarbij je het venijn tijdens de refreinen duidelijk hoort in zijn stem, iets dat afgewisseld wordt met prachtige coupletten. Het daaropvolgende Ribbon Road is weer een veel gezapiger ingezongen geheel. Het is daardoor niet gelijk slecht, al is het wel een van de minste aansprekende liedjes.

Opener en tegelijk ook titeltrack Marks To Prove It is een stuk aantrekkelijker. The Maccabees staan officieel te boek als een indieband, maar dit is een van de weinige songs op het album waar je dat van begin tot eind terug hoort. Het enige minpunt is dat na drie energieke minuten, er een lang functieloos outro volgt met allemaal slaginstrumenten, dat weinig toevoegt.

Wat leuk is aan Marks To Prove It, is dat het album gaandeweg steeds beter wordt en je gaat begrijpen waarom de bandleden zelf zeggen dat voor het eerst alles op zijn plek valt. Waar artiesten steeds vaker hun singles – en vaak ook de betere tracks – vooraan het album zetten, komt The Maccabees pas halverwege opgang. River Song, Slow Sun en het bombastische – tenminste, voor Maccabees-begrippen – Something Like Happiness zijn stuk voor stuk een schot in de roos. Bij WW1 Portraits wordt die power samengebracht met fraaie lyrics, wat zorgt voor het sterkste nummer van de plaat.

Die power valt aan het eind weg bij Pioneering Systems. Een traag, ingetogen, laag ingezongen en bijna duister nummer, dat er door zijn unieke karakter uitspat. Extra jammer is daarom de uitsmijter Dawn Chorus. Het is een einde dat pit mist, doelloos drie minuten door blijft sleuren en daardoor afbreuk doet aan het geheel.

Toch mag er niet vergeten worden dat The Maccabees met Marks To Prove It je waar voor je geld geeft. Dat bewijzen ze eerder op de plaat al. Met Kamakura, WW1 Portraits en Pioneering Systems als hoogtepunten kunnen we de komende 3,5 jaar wel weer vooruit.