Het Zweedse Viagra Boys brengt al een klein decennium poppodia en festivaltenten over de hele wereld in extase met hun opzwepende mix van rock en jazz. Ook op hun nieuwste werk Viagr Aboys beweegt de band zich tussen voorspelbaarheid en onvoorspelbaarheid, en doet dit, zoals vanouds, op een geslaagde manier.
Ondanks dat Viagra Boys doorgaans muziek maakt om op te dansen, zat er wel altijd een politieke boodschap verstopt in de nummers. Of nou ja, verstopt… De politieke boodschap was misschien eerder het hoofdgerecht dan de amuse voor deze band. Tot nu dan, want op Viagr Aboys (bijna) geen politieke boodschappen meer, maar vooral reflecties op de absurditeit van het bestaan.
Zo ziet zanger Sebastian Murphy op de opener Man Made of Meat hoe onze ietwat luie en ongezonde levensstijl mede mogelijk wordt gemaakt door arbeiders in lagelonenlanden (‘Overweight freaks ride around on wheelchairs motorized by electric motors made by goblins in a factory overseas.’), wat op zijn beurt onze eigen levens weer tamelijk zinloos maakt (‘If it was 1970/I’d have a job at a factory. […] I hate almost everything that I see/And I just wanna disappear’). Absurditeit om lethargisch van te worden.
Uno II, dat een hoog swagger-gehalte heeft, gaat dan weer over een “alledaags” bezoekje aan een Kroatische dierenarts, die door het meemaken van de Joegoslavische oorlogen eigenlijk al je eigen problemen in perspectief plaatst. Het is in ieder geval een thema waar niet vaak nummers over worden geschreven.
Ook muzikaal blijft de Zweedse band staan als een huis. Ondanks dat een groot deel van de tracks bij vlagen een beetje een hoempapa-gehalte heeft, bevatten ze stuk voor stuk wendingen die het toch interessant maken om naar te luisteren. Is dat nu een industriële panfluit op Store Policy? Of wat dacht je van het freejazz-slotstuk op Best in Show pt. IV? Nee, Viagra Boys is geen standaard rockband, maar eerder een soort liefdesbaby van de sexy groove van Queens of the Stone Age en de experimentatiedrang van Squid. En laat dat nu nét een huwelijk zijn waaruit pientere kinderen voortkomen.
Maar ook als het gitaargeweld thuis wordt gelaten zijn de songs gewoon goed. Op ballad (of, ballad in Viagra Boys-stijl) Medicine for Horses zingt Murphy over de liefde van zijn vrouw, die hem voor een moment de gekheid van het leven doet vergeten. Het is rauwheid met een zilveren randje.
Met Viagr Aboys laat Viagra Boys horen dat ze nog steeds hun unieke balans weten te vinden tussen absurdisme, muzikaliteit en groove. De scherpe randjes zijn gebleven en de songs mogen nog steeds schuren. Maar door de rake en originele songteksten maakt de band tóch een evolutie door – en maakt daardoor wederom indruk.